Rens Rottier, bestuurder van Driestar educatief, schreef een uniek boekje waarin hij laat zien hoe je kunt bidden vanuit het Onze Vader. In de inleiding vertelt hij dat Luthers onderwijs over het bidden hem geholpen heeft tijdens een dorre periode in zijn gebedsleven. Wat hem ook geholpen heeft is de goede raad van een predikant die erop attendeerde dat de antwoorden van de zondagen van de Heidelbergse Catechismus over het Onze Vader ook heel goed te gebruiken zijn voor het persoonlijke gebed.

De pompoencaravan begint op Jolles eerste vakantiedag. Hij heeft er zin in. Hij woont in een klein kasteeltje met zijn vader en moeder en opa. Ook is hij één keer in de week in het Honk te vinden. Dat is een plek aan de achterzijde van de kerk en hij ontmoet daar zijn vrienden. De groep heeft vijf leden. Sanne, het enige meisje, vindt dat het tijd wordt dat er meer evenwicht in de groep komt en vraagt of haar nicht erbij mag komen. Mieke blijkt een leuke meid te zijn. Jolle vind haar echt heel erg aardig. Hij vertelt haar zelfs dat zijn opa vaak in een geheim deel van de schuur bezig is. Hoewel hij er niet mag komen laat Jolle zich overhalen om er te gaan kijken. Samen met Mieke ontdekt hij een vreemde caravan. Ze klimmen erin. Als Mieke aan een hendel trekt, vliegen ze tot hun schrik terug in de tijd naar het jaar 1007 voor Christus.

Ellis en Thelma, de hoofdpersonen worden allebei erg ziek. Ze krijgen longvliesontsteking. Zo’n ontsteking ontwikkelt zich vaak uit longproblemen die al langer sluimeren. Voor een half jaar moeten ze weg uit hun vertrouwde omgeving om aan te sterken in Dennenhorst. Een half jaar … Wat een ramp! Een half jaar in bed liggen terwijl het buiten voorjaar wordt! Dagen waarop de zon schijnt en iedereen lekker buiten is. Een rustkuur, alsof ze tachtig zijn. Wat een verschrikkelijke tegenvaller. Eén voordeeltje hebben ze: ze zijn samen ziek.

Dit boek is zo rijk van inhoud. Het bestaat uit vier delen, die elk weer bestaan uit talloze kleinere hoofdstukken. 1. De psalmtitels 2. Bijzondere woorden in de tekst – Higgajon en Sela 3. De liederen van de treden ( Pelgrimsliederen, opgangsliederen) 4. De vijftien ‘liederen van de treden’ – Structuren en nadere uitleg De Psalmen in de Bijbel bevatten allerlei aanwijzingen en omschrijvingen in hun opschriften, waar wij vaak niets van snappen. Zelfs in de gangbare Bijbelvertalingen wordt daar soms verkeerd mee omgegaan. Dit boek staat boordevol informatie over hoe het er eigenlijk staat. Ook legt de auteur heel breedvoerig en helder uit wat de muzikale termen te beteken hebben in de titels. Vaak hebben ze helemaal niets met muziek te maken.

Er komt een nieuw jongetje in de klas met pikzwart haar en een bruine huid. Het jongetje zegt niets terug als Rosa wat aan hem vraagt. Later vertelt de juf dat Rahim uit Iran komt en dat hij nog niet zo goed Nederlands kan praten. Ook geen Engels. Hij spreekt Farsi, een taal die niemand in de klas spreekt.

Arjan van den Noort schrijft in het voorwoord van dit Bijbelse dagboek dat hij geïntrigeerd is door de getallen in de Bijbel en hun betekenis. De auteur voert zijn jonge (en oudere) onderzoekers mee langs getallen die verborgen zijn in Bijbelteksten, oppervlaktematen, inhoudsmaten en ook verschillende munten. Deze getallen zijn geen droge kost maar worden mooi door geschiedenissen heen verweven.

Michael Berghof vertelt het kerstverhaal en Nelleke Scherpbier vertaalde het naar het Nederlands, wat ze keurig gedaan heeft.

Dit boek is speciaal gemaakt om in de drukke maand december een heleboel fijne rustmomentjes te hebben. Soms loop je jezelf voorbij door de drukte en stress van sinterklaasinkopen, cadeautjes inpakken, kerstkaarten versturen, het huis schoonmaken, bedenken wie je uitnodigt of bij wie je op bezoek zou kunnen gaan. Daarom dit decemberdagboek: om tot rust te komen.

Tim (10) is erg bezorgd omdat zijn moeder zo vaak ruzie maakt de laatste tijd. Hij is bang dat zijn ouders gaan scheiden. Gelukkig heeft hij Doerak. Hij wordt altijd rustig van binnen wanneer zijn poes op schoot zit. Hij heeft hem nog maar sinds twaalf weken. Groot is zijn verwarring als Doerak op een dag verdwenen is.

Noa wil graag model worden. Haar ideaal wordt versterkt doordat haar moeder, vlak voor ze stierf zei: "Jij gaat het heel goed doen als model, ik zie het al voor me." Daarom wil Noa maar één ding: haar droom waarmaken. Voor moeder. Ze ziet zichzelf al voor zich in een wit zomerkleedje, in een paars bloeiend veld. Haar vader vindt haar te jong om als model te werken. Ze moet eerst een fatsoenlijk diploma halen. Maar Noa heeft geen zin meer in school.