Boekrecensies vanuit christelijk perspectief

De volgende boeken in de categorie

niet-christelijk – fictie

zijn gerecenseerd:

In Zijn bloedige plan neemt de schrijver ons mee naar een dorpje aan de Schotse kust, in het jaar 1869. Hoofdpersoon is Roderick Macrae, zoon van een arme pachter. Het boek bestaat uit een verzameling documenten, waarvan een door Roderick geschreven verhaal over zijn leven het belangrijkste is. Andere documenten zijn getuigenverklaringen, autopsierapporten en procesverslagen. De indruk wordt gewekt dat alles wat in het boek wordt beschreven waargebeurd is. Of dat werkelijk zo is …
Een oude vrouw woont in een holle baobab-boom, diep in de binnenlanden van Afrika. Ze wordt daar verzorgd door inboorlingen, die haar als een geest vereren en ze blikt terug op haar bewogen leven. Verreweg het grootste deel daarvan was ze slavin, in een stad aan de kust. Als jong meisje is ze gevangen genomen. Ze was het eigendom van meerdere, soms wrede mannen, waarvan sommige haar slecht hebben behandeld.
Het is 1938. Sara heeft een prima leventje in het Duitse Kleve. Dit verandert als op een gegeven moment kinderen van school verdwijnen en de nazi’s op straat verschijnen. Het maakt Sara onzeker, hetgeen nog versterkt wordt door de dag waarop ze zelf haar ouderlijk huis moet verlaten, samen met haar zus. Ze wordt op transport naar Engeland gezet. Vader vertelt haar dat de rest van het gezin later zal volgen.
Jennifer White is ziek geworden. Ze heeft al een aantal maanden Alzheimer en gaat langzaam achteruit. We volgen haar vanuit haar eigen denken, dat verward is, maar ook een kijkje geeft in haar levensgeschiedenis.
In de tweede helft van de negentiende eeuw veranderde de wereld ingrijpend, vooral door de industriële revolutie, vol ontdekkingen en uitvindingen. ‘Dreiging’ van Arie de Ruiter speelt zich in deze hectische tijd af, maar richt zich niet zozeer op de technische vooruitgang, als wel op een bevolkingsgroep waarvoor juist veel hetzelfde bleef: de eenvoudige, meest armoedige bewoners van de Veluwe. Grotendeels ruwe en ongeletterde mensen, die onder vaak miserabele omstandigheden probeerden te (over)leven.
De negentiende-eeuwse Zuid-Afrikaanse schaapherder Daniel Steenkamp kreeg visioenen en zag engelen. Hij was nauwelijks geletterd, maar schreef er niettemin gedichten over. Zijn verhaal, maar ook de verhalen van o.a. een predikant en een onderwijzer, die door die gedichten werden beïnvloed, vormen de verschillende delen van de omvangrijke roman.
Als de wereldstad Londen in 1666 te maken krijgt met de pest, is dat een ramp. Maar dan volgt ook nog een brand die de stad verwoest en moet de stad strijden in een oorlog tegen Holland. Komen ze daar nog bovenop?