Boekrecensies vanuit christelijk perspectief

De volgende boeken in de categorie

niet-christelijk – fictie

zijn gerecenseerd:

Het verhaal begint lang geleden in 1833 als de patriarch van Donkerland, Pieter de Witt vertrekt uit de Oostkaap en na een lange tocht door Zuid-Afrika, zijn stok plant in een stuk grond aan de rivier de Tugela in Natal. Hij claimt een stuk land vanaf de stok een half uur lopen in alle windrichtingen en bouwt Donkerland. Dit doet hij samen met Mafungwashe, een zwarte vrouw die hij tijdens zijn tocht op zijn pad is gekomen. Zij dankt haar leven aan hem en wordt zijn bediende. Hij noemt haar Eerste.
Rachel is meisje met een gebroken ziel. Half twintig, half dertig; een scheiding en veel verdriet achter de rug. Ze vlucht in de drank. Het regeert Rachels leven bijna totaal. Omdat ze verslaafd is, wordt Rachel door haar omgeving niet meer serieus genomen en dat kost haar bijna haar leven. Maar voordat een leverziekte of Korsakov een vroegtijdig einde aan haar leven maken, is er een gebeurtenis die haar aandacht trekt en die ervoor zorgt dat ze probeert om de drank te laten staan. Ze wil uitvinden waarom Megan vermist wordt.
Rosamund Lupton kruipt in de huid van de zus van een jonge vrouw, die in het toiletgebouw van een park in Londen wordt vermoord. Dat heeft de schrijfster ontzettend knap gedaan. Ik weet niet of ze zelf een groot verlies heeft geleden, maar haar gevoelens zijn levensecht en de ontwikkeling in haar leven, na de vondst van haar zus, maken dat je je ontzettend snel met haar identificeert. Natuurlijk schrijft ze in de ik-vorm, het kan niet anders! Zo ben ik als lezer de zus, die de ontdekkingstocht doet.
De jonge vrouw Zara woont in Iraaks Koerdistan. Zij is Joods. Zara vindt het dagboek van ene Rahila dat in de jaren veertig is geschreven. In die tijd werd de staat Israël gesticht en dit leidde tot een zeer vijandige houding ten opzichte van de Joden in Iraaks Koerdistan, die zich echter helemaal niet ‘Joods’ voelden, maar gewoon Iraakse burgers. Onbeschermde Iraakse burgers.
Dit vervolg op het boek ‘In het land van de Koraalboom’ is prima zelfstandig te lezen. Drie families trekken vanuit Duitsland naar Argentinië, in de hoop daar een beter leven op te bouwen. Annelie gaat om er te trouwen met een man die ze nog niet kent. Zij en haar dochter Mina staan het meest centraal in het boek. Dan is daar Arthur, die meteen na aankomst zijn verloofde kwijtraakt. Bij Victoria en Anna gaat het pad ook niet over rozen.
Ellis en Thelma, de hoofdpersonen worden allebei erg ziek. Ze krijgen longvliesontsteking. Zo’n ontsteking ontwikkelt zich vaak uit longproblemen die al langer sluimeren. Voor een half jaar moeten ze weg uit hun vertrouwde omgeving om aan te sterken in Dennenhorst. Een half jaar … Wat een ramp! Een half jaar in bed liggen terwijl het buiten voorjaar wordt! Dagen waarop de zon schijnt en iedereen lekker buiten is. Een rustkuur, alsof ze tachtig zijn. Wat een verschrikkelijke tegenvaller. Eén voordeeltje hebben ze: ze zijn samen ziek.
Katja van Kesteren is 21 jaar als de oorlog uitbreekt. Ze heeft een onbezorgd leven, misschien een beetje leeg omdat ze, hoewel ze al een jaar getrouwd is met arts Daniel, nog geen baby heeft. Om haar lege dagen te vullen trekt ze nog regelmatig naar de kruidenierszaak van haar ouders in het centrum van de stad. In het grote katholieke gezin is extra hulp altijd welkom. Ook op 14 mei als haar jongste zusje Lieke van vier ziek is. Haar ouders vinden het goed als Lieke met Katja meegaat. Ze zijn nog maar net vertrokken als ze worden overvallen door het bombardement. Samen met haar broer Thijs kan ze een schuilkelder bereiken. Katja beseft nauwelijks hoe haar leven in één klap is veranderd.
Hoofdpersoon Madeline woont in een rustig stadje in Ontario. Als haar zoontjes Jesse en Adam in de tuin aan het spelen zijn overkomt Adam een vreselijk ongeluk. Hierdoor raakt hij verstandelijk gehandicapt. Dit eerste deel van het boek is heel sterk geschreven. Je leeft helemaal mee met de wanhopige moeder die haar zoon bijna ziet omkomen. En dan de weg naar (gedeeltelijke) genezing.
Winterkinderen is een aangrijpende oorlogsroman, die niets kinderlijks heeft. Het gaat om dood en leven. Het gaat om heftige emoties, waarmee kinderen niet geconfronteerd zouden moeten worden. Als hun begeleiders door de Duitsers zijn doodgeschoten en hun enige terugweg naar Frankrijk is opgeblazen, zijn de kinderen opgesloten in het hoge niemandsland van de Pyreneeën. Bovendien is het net winter geworden. Het is één dramatische zoektocht; een geheel van dramatische zoektochten.
De Palestijns-Syrische dichter Ghayath Almadhoun werd geboren in het Palestijnse vluchtelingenkamp Yarmouk in Damascus. De hele bundel wordt gekenmerkt door de emoties 'heimwee naar het vaderland' en 'schuldgevoel dat vaderland verlaten te hebben'. Soms lijkt de dichter zich zelfs daarvoor te verontschuldigen.