Katja erft van een oudtante een huis in de Ardennen en een enorm geldbedrag. Maar de voorwaarde om het huis te houden is dat ze binnen drie jaar getrouwd moet zijn. Anders zal het huis verkocht worden en is de opbrengst voor een goed doel.
Vanaf dat moment komen er drie mannen in haar leven die uit zijn op een relatie met haar. Maar Katja is bang dat ze op haar geld uit zijn, want juist deze mannen weten van haar erfenis. Ze vindt het moeilijk om hen te vertrouwen en het resulteert erin dat de man die werkelijk van haar houdt, uit haar leven dreigt te verdwijnen…
Dit boek is een vervolg op “Mijn vader en ik” dat ik niet heb gelezen. Maar het is goed zelfstandig te lezen. De dingen die uit het vorige boek passeren, worden aan de lezer duidelijk gemaakt. Een vlotlezende, boeiende roman.
Geef een reactie