De orgelzolders
20085
Auteur
Type boek
Recensie
Datum
Waardering
Recensie
Het waargebeurde verhaal begint in de jaren dertig waarin de onrust in ons land meer en meer toeneemt en uiteindelijk uitmondt in het uitbreken van de oorlog. Als het voor het Joodse verloofde stel, Maurice en Rebecca, te gevaarlijk wordt, vinden ze een onderduikplek in de Breepleinkerk op één van de twee orgelzolders. Maar eerst gaan ze trouwen, omdat ze geloven dat het beter is om getrouwd te zijn als je wordt opgepakt. Dan mag je tenminste bij elkaar blijven. Rebecca is dan zeventien jaar, Maurice is acht jaar ouder.
De ouders van Maurice zitten ondergedoken in een andere kerk, maar moeten daar weg omdat het gebouw wordt gesloopt. Ze komen ook naar de Breepleinkerk. Geen ideale situatie: een pasgetrouwd stel met (schoon)ouders in een kleine ruimte. Ze spreken elkaar moed in dat de oorlog met enkele weken voorbij zal zijn. Rebecca raakt zwanger en op 6 januari 1944 bevalt ze van zoon Emile. Omdat hij door zijn gehuil het verblijf van de onderduikers zou kunnen verraden, komt hij in het huis van het kostersgezin waar hij liefdevol wordt verzorgt.
Voor een andere Joodse familie, Chaim en Fifi de Zoete met hun drie dochters, wordt de situatie ook onhoudbaar. De drie dochters worden verspreid ondergebracht in verschillende gezinnen. Chaim en Fifi zwerven daarna van het ene naar het andere adres. In mei 1943 komen ze op de andere orgelzolder terecht in de Breepleinkerk.
Van Riet Dekkers, verzetsstrijdster, koerierster en verpleegster, hoort het echtpaar de Zoete regelmatig hoe het met hun oudste twee dochters gaat. Hun jongste dochter Hadassah verblijft bij de familie van der Leer. Elke zondagmiddag moet het meisje naar de kippen en konijntjes achter in de tuin gaan kijken. Ze vindt het vreemd dat ze daar steeds naar toe moet, maar er wordt haar niets uitgelegd. Op het moment dat ze bij de kippen en konijnen is, staan haar ouders op de galerij van de kerk door een raam te kijken dat uitziet op de tuin van de pastorie. Ze kunnen dan hun dochter zien en weten dat ze veilig de week is doorgekomen. In gedachten zie ik hen daar staan. Ze mogen niet op het raam tikken en ze mogen niet zwaaien. Hun dochter mag niet weten dat zij daar ondergedoken zitten….
Vanaf het begin van de oorlog wordt het kostersechtpaar de Mars en het domineesechtpaar Brillenburg Wurth betrokken bij het verzetswerk. Zij zorgen voor de onderduikers, brengen hen eten en wassen hun kleren. Op zaterdag 14 april 1945 vallen de Duitsers de kosterswoning binnen. Er is verraad in het spel. De Duitsers zijn op zoek naar wapens die daar ergens verstopt moeten liggen. Ze nemen een kijkje in de torenkamer……
Vanaf de eerste bladzij werd ik meegezogen in het verhaal van de familie Andriesse en de Zoete. Je kruipt in de huid van deze onderduikers en voelt hun angst dat ze verraden of ontdekt zouden worden. Je voelt het verlangen naar de dag dat de oorlog voorbij zal zijn. Je proeft iets van de lange dagen waarin de verveling toeslaat. Tegelijk groeit bij mij de bewondering en het respect voor het dominees- en het kostersechtpaar met hun kinderen en daarbij nog vele anderen die, met gevaar voor eigen leven, zich hebben ingezet om de onderduikers te helpen, te verzorgen en bij te staan.
De schrijfster van dit boek, Anja Matser, heeft grondig onderzoek gedaan naar de geschiedenis van deze onderduikers en hun helpers. Tijdens het lezen kreeg ik steeds meer waardering voor de manier waarop zij zich heeft ingezet om zoveel mogelijk informatie over deze families boven water te krijgen. Heel knap gedaan! Toch miste ik iets in het verhaal. Nood leert bidden, maar daar wordt weinig over geschreven. In het begin van het boek wordt al duidelijk gemaakt dat Rebecca weinig met het geloof heeft en niet vaak naar de synagoge gaat. Wel krijgt ze Joodse lessen van een rabbijn. Hoe de andere onderduikers in het leven staan, wordt niet mee gedeeld.
Omdat het verhaal zich afspeelt in en rond de kerk, het kosters- en domineesechtpaar er nauw bij betrokken zijn, is het teleurstellend dat er zo weinig over het geloof geschreven is. Juist in zo’n heftige tijd waarin het leven aan een zijden draadje hangt, zou je denken dat het geloof een belangrijke plaats zou innemen in dit verhaal. Ik houd er echter rekening mee dat de schrijfster hierover geen informatie heeft kunnen inwinnen.
Jouw waardering
Like en deel deze recensie:
Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.
Geef een reactie