Deze regencyroman speelt zich af in 1816 in het Engelse dorpje Farmham. Pippa en haar vader horen bij de landadel. Sinds haar moeder het gezin verlaten heeft voor een andere man, telt Pippa niet meer mee in het sociale leven en wordt er over haar geroddeld.
Haar vader gaat hertrouwen met Elza, Pippa vindt haar wel sympathiek. Maar omdat ze dan zelf niet meer het hoofd van de huishouding zal zijn, vertrekt ze voor onbepaalde tijd naar haar tante in Londen. Daar zijn de etiquetteregels veel strenger. Zo mag Pippa niet alleen over straat, het dienstmeisje moet mee. Zij wil op zoek naar haar moeder maar ze mag van haar tante niet over haar praten.
Pippa kent Ruben al haar hele leven, ze gaat met hem om als een broer. Maar om de fabriek van zijn familie te redden zou het praktisch zijn als ze met hem zou trouwen. Pippa heeft tijd nodig om daarin een besluit te nemen. Dan ontmoet ze Freddy, de vriend van Ruben. Met hem wandelt de romantiek haar leven binnen…
De auteur schrijft meeslepend en vlot. Zoals al haar boeken is ook deze roman doorspekt met humor. Ook de diepgang ontbreekt niet.
Geef een reactie