Suzanne schrijft over haar eigen belevingen. Zij heeft enige tijd in een klooster doorgebracht, maar is uitgetreden en wil een antwoord op de vraag: Wat betekent Jezus voor mijn geloof? Hiervoor heeft ze de vier evangeliën bestudeerd en zich verdiept in de persoon Jezus. Elk hoofdstuk heeft een opschrift waar je nieuwsgierig van wordt: de dokter, de psycholoog, de minnaar, enz. Steeds wordt een aspect van het optreden van Jezus op aarde belicht.
Veel christenen zullen zich niet herkennen in de conclusies die Van der Schot trekt uit haar zoektocht. Het centrum van het geloof is immers de komst van Jezus als redder van de wereld; Hij die God en mens was droeg de schuld van onze zonden. Van der Schot interpreteert de bijbel vanuit haar ratio: de opstanding van Jezus kan niet plaatsgevonden hebben, want zoiets bestaat niet. De genezingsverhalen zijn er om een les uit te leren, maar niet historisch juist, want dat kan niet. Dan dit boek maar niet lezen?
Nee, ook als christen kun je heel veel leren van Suzanne. Zij komt met vragen waar wereldwijd velen mee zitten. Ze is bereid te geloven, maar wat moet ze geloven? Ze is bereid van Jezus te leren en Hem te volgen. Het boek zet aan tot denken voor iedereen: WAT GELOOF IK EIGENLIJK? Prachtige dingen vindt ze in de bijbel: "De God van Jezus is een vrijgevige God, hij geeft wat ik niet heb verdiend." Ze gelooft in de waarde van het grote gebod: God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf. Met Jezus als groot voorbeeld. Ze erkent dat ze niet 'het antwoord' op alle levensvragen rond het geloof heeft, al is ze nog zo rationeel: "Er is een verlangen om te blijven graven in de onderliggende lagen." Haar zoektocht gaat ongetwijfeld verder dan dit boek. Het laatste hoofdstuk heeft als veelzeggend opschrift: "Jezus en ik (wordt vervolgd)". Ik zie met belangstelling uit naar haar volgende boek.
Geef een reactie