Nina Riggs krijgt de diagnose van haar borstkanker te horen. Een diagnose die ergens daarna een onherroepelijke situatie richting het sterven wordt. Uitzaaiingen in haar botten. Ze is eind dertig. Vrouw van John en moeder van Freddy en Benny. Ze beschrijft een jaar van haar leven, waarin ook haar moeder aan kanker sterft.
Ze schrijft als het leven zelf. Diep, intens, tragisch, humoristisch, pijn in hart en lichaam. In wezen niets bijzonders, maar als je leest word je er met je haren bijgetrokken. God kent ze niet, ze weet niet waar ze naartoe gaat na dit leven. Natuurlijk is er dat proces van moeten loslaten van gezondheid, werk, comfort, mensen van wie houdt en uiteindelijk het leven.
Het moment dat je je haar verliest. Het moment dat je weer een bos krullen hebt, maar weet dat de kanker overal zit. Het moment dat je niet kunt vrijen omdat elke aanraking pijn, heel veel pijn is. Het moment dat je kinderen naar een kamp gaan van kinderen van ouders die kanker hebben. Zoveel momenten. Al die momenten samen zijn het enorme intensieve proces van sterven. Er valt niets te leren, je moet het gewoon doen, er is geen andere weg, maar niemand weet hoe.
Ik heb dit uitstekend geschreven boek, waardoor je misschien en uit de verte een idee hebt van hoe het werkelijk is om met zo’n diagnose naar je sterfdag toe te leven, met belangstelling gelezen.
Geef een reactie