Guido Brunetti is de inspecteur van politie, die in deze twee-in-één-boek- avonturen schittert als opsporingsgenie. Guido is door en door menselijk en Italiaan, dat maakt dat hij alles begrijpt van corruptie, liefde en passie. Zelf heeft hij een gelukkig huwelijk en is erg tevreden met zijn matige salaris.
Het eerste boek vond ik het leukst, omdat het grappig is om de Italiaanse variant van "De Cock" te volgen op zijn wegen. Hij drinkt ook onder diensttijd en heeft niks op met zijn commandant, die een politiek spelletjes speelt en toch vooral een goede naam wil vestigen. Zijn vrouw ook dol op hem en hij heeft twee prachtige kinderen, en dus bijbehorende familieperikelen.
In het tweede boek is het heel interessant om te zien hoe, door de schrijfster wordt verondersteld, dat Italianen met hun oorlogsverleden omgaan. Gelukkig lukt het Guido in beide gevallen om de moordenaar te ontdekken, en met die ontdekking gaat hij ook weer op de meest menselijke manier om.
Wat ik jammer vind, is dat er onnodig gevloekt wordt in het tweede boek, wat je in het eerste boek niet tegenkomt.
Geef een reactie