n een afgelegen dorpje in het noorden van China woont Kleine Lente. Door aanhoudende droogte is er hongersnood uitgebroken. Zijn moeder is gestorven en kort daarna overlijden zijn broertje en zusje. Als zijn vader op sterven ligt zegt hij tegen Kleine Lente dat hij het godenbeeldje goed moet bewaren, het bevat een geheim. Als vader overleden is, gaat Kleine Lente naar het zuiden om eten te zoeken. Van een voerman met wie hij een stuk mee mag rijden, hoort hij over de Hemelheer. Hij geeft Kleine Lente de raad om naar de blanke man aan de overkant van de rivier te gaan. Die kan hem er meer over vertellen. Maar hij verdwaalt en komt bij een bende terecht. Zou hij de blanke man ooit nog kunnen bereiken?
Dit jeugdboek geeft een goed beeld van China in de tijd voor 1905. Jammer dat het jaartal niet genoemd wordt maar het speelt zich af in de tijd van stadsmuren en poortwachters. Er komt een mandarijn in voor en dat was een ambtenaar in het keizerrijk. Het is een boeiend verhaal. Op een mooie manier wordt beschreven hoe Kleine Lente in God gaat geloven en het beeldje van zijn vader kapotgooit. Als hij het geheim ontdekt, verandert dat zijn leven en komt hij voor een moeilijke beslissing te staan.