Het gebeurt niet vaak dat er fantasy boeken verschijnen bij de christelijke uitgevers. De meeste wagen zich daar waarschijnlijk niet aan, omdat een verkoopsucces bepaald niet is verzekerd. Zeker in Nederland is het genre niet bijzonder populair onder christenen. In de V.S. en in Engeland is dat anders. Daar treden veel meer auteurs in de voetsporen van de ‘groten’ als Tolkien en C.S. Lewis.
Moedig daarom van Callenbach om het boek van Elizabeth Visser uit te geven, en natuurlijk minstens zo moedig van deze jonge schrijfster (twintig jaar) om het te schrijven.
Het verhaal gaat vooral over Revan en Yvalana, een jongen en een meisje van verschillende stammen, die elkaar vijandig gezind zijn. Ze wonen ver bij elkaar vandaan, maar komen in de loop van de tijd met elkaar in contact. Ze verdwalen in een donker ‘Wonderwoud’ waar nog nooit iemand levend uit gekomen is. Samen ontdekken ze verschillende geheimen.
Om een boek als dit te schrijven is in de eerste plaats een levendige fantasie nodig, en die heeft Visser. Het grote pluspunt van ‘De macht van het wonderwoud’ is haar scheppende vermogen. Tegelijk is dat ook een van de minpunten. Elizabeth Visser wil naar mijn bescheiden mening teveel. In haar verhaal gebeurt ontzettend veel, maar de gebeurtenissen worden vaak niet of nauwelijks uitgewerkt. En daardoor voelde ik over het algemeen weinig emotie. Ook wordt er wel erg kwistig met magie gestrooid, maar dat is een keuze. Omdat het boek bij deze uitgever verschijnt heb ik (ook) gezocht naar christelijke elementen. Het kan aan mij liggen, maar ik kwam ze niet zo tegen. Wat mij betreft had het verhaal best een wat hoger ‘Narniagehalte’ mogen hebben.
Geef een reactie