Geschiedenis als een persoonlijk verhaal.
Als jongen van een jaar of elf, twaalf was ik weg van de boeken van de toen mateloos populaire Piet Prins. Van zijn befaamde Snuf-serie, maar ook van series als ‘Wambo’ en ‘Vier vrienden.’
Die vrienden, waarvan ik de namen al lang ben vergeten, komen op een bepaald moment op een oude boerderij, de Kloosterhoeve, waar een gedenkbalk blijkt te zijn: een eeuwenoude, dikke balk waarin de belangrijkste gebeurtenissen worden gekerfd. De titel van het nieuwste boek van Mackay is daarop gebaseerd. Geschiedenis bestaat voor hem voor een belangrijk deel uit persoonlijke verhalen, en daar heeft hij gelijk in.
Ondertitel van zijn vuistdikke boek is dan ook: ‘Een persoonlijk perspectief op de geschiedenis.’ Volgens Mackay kan niemand op een objectieve wijze tegen de geschiedenis aankijken, en heeft hij daarom het recht om dit vanuit zijn eigen, christelijke perspectief te doen. Dat geldt zowel voor de manier waarop hij de historie belicht als voor de onderwerpkeuzes die hij maakt. Met ‘het Grote Huis’ bedoelt Mackay de eeuwenlange christelijke traditie. Hij begint bij de schepping, besteedt dan veel aandacht aan het volk Israël, en concentreert zich daarna vooral op Europa. Voortdurend verwijst hij naar schrijvers, en dan ook weer vaak naar de christelijke, al staat hij ook stil bij denkers als Voltaire en Rousseau.
Iemand die de geschiedenis niet vanuit het christelijke perspectief wil beschouwen zal zijn boek waarschijnlijk minder kunnen waarderen. Maar voor hen schrijft hij het ook niet.
Zijn stijl is prettig en hij valt niet veel in herhaling. Ik vond het een genoegen om ‘De gedenkbalk’ te lezen.
Geef een reactie