Ik was nog best jong toen mijn vader me de bestseller ‘Mijn weg naar het licht’ van dominee (Herman) Hegger aanreikte. Ik was diep onder de indruk. Hegger beschreef zijn jeugd, zijn opleiding tot priester in de Rooms-Katholieke kerk, en zijn breuk met diezelfde kerk en opende daarmee een voor mij volkomen onbekende wereld. Als je in de jaren vijftig als priester deed wat Hegger deed, betekende dat vrijwel automatisch dat je jezelf ernstig in de problemen bracht. De kerk was je leven. Eigen bezittingen had een geestelijke niet en bij geloofsafval verloor je je vrienden en vaak ook je familie. Hegger maakte dat mee en nadat hij ondanks veel strijd goed was terechtgekomen in Nederland, waar hij de kans kreeg om te studeren en protestants predikant te worden, besloot hij zijn lotgenoten te gaan helpen. Inmiddels was hij getrouwd en samen met zijn vrouw Willy begon hij een opvang, gevestigd in een statig pand in Velp: de Wartburg, genoemd naar de plek waar de bekende reformator Luther een schuilplaats vond. De stichting In de Rechte straat bekostigde het een en ander.
Jarenlang werden er ex-priesters opgevangen, soms met hun echtgenotes. Die kwamen uit tal van landen. Een van de dochters van Hegger, Loes, beschrijft hoe ze als kind in De Wartburg woont en leeft, en kennismaakt met de logees. Een heel boeiend verhaal.
Geef een reactie