Deze roman gaat over een huwelijk tussen een autistische man en een gevoelige vrouw. Het is ongetwijfeld een indrukwekkend verslag. Je maakt uitgebreid kennis met de worsteling van de vrouw in het zoeken naar werkelijk contact met haar man. Ze moet constateren dat ze in haar gevoelsleven eenzaam is en aanvaarden dat dit altijd zo zal blijven. Met dit gevoel gaat ze door een enorm proces van verzet, overbelasting, met stukjes en beetjes begrijpen wat er precies aan de hand is, geconfronteerd worden met allerlei vluchtmechanismen, rouw. Kortom alles waar je als gevoelsvrouw mee te maken krijgt als je man Asperger heeft.
Uiteindelijk maakt de hoofdpersoon na vallen en opstaan een aantal keuzes. Maar de enorme strijd met het ‘achterdeurtje’ is niet echt uit beeld.
De auteur vertelt verhalend over het leven van de hoofdpersoon. Door het toch aanwezige ik-perspectief kan er door de beschouwende verteltrant vervreemding ontstaan tot het verhaal in plaats van erin meegezogen worden en geraakt worden door.
De hoofdpersoon gaat nergens werkelijk aan de slag met de impact van haar levenskeuzes. Zij laat veel gebeuren en voelt zich vaak overlever. Je zou kunnen zeggen dat er in de loop van haar leven een stuk aanvaarding komt, maar ik mis de slagkracht vanuit eigen grond die mag groeien nadat er gerouwd is.
Geef een reactie