Een vrouw rent de weg op en wordt aangereden door Fien. Geschrokken rent Fien de auto uit en ziet de vrouw bewusteloos op de grond liggen. Ze wil 112 bellen maar dat vindt de man van de vrouw niet nodig, tot Fiens ontsteltenis. De vrouw komt bij en de man draagt haar naar binnen. Fien krijgt met moeite voor elkaar om ook naar binnen te gaan en even met de vrouw - die Lea blijkt te heten - te praten. Ze vertrekt met achterlating van haar visitekaartje.
De gebeurtenis laat haar niet los.
Fien is eigenares van een goedlopend restaurant. Een van haar klanten is Syb, een knappe Fries. Nadat hij een keer met een stel vrienden is gekomen, komt hij vaker en ze krijgen gevoelens voor elkaar. Het blijkt niet gemakkelijk te zijn want Syb is weduwnaar en worstelt hiermee. Fien heeft een vreselijke relatie achter de rug met een man die haar mishandelde.
Dat blijkt ook het geval te zijn met Lea, die bij Fien haar heil zoekt als haar man haar wat heeft aangedaan.
Syb biedt Fien een luisterend oor wanneer ze de problemen rondom Lea met hem deelt. Het blijft haar bezighouden. Het blijft malen in Fiens hoofd als de verliefdheid op Syb toeneemt. Ze blijft bezig met haar en zijn verleden en vraagt zich af of er wel een toekomst is voor hen samen.
Dit boek wordt een feelgoodroman genoemd maar is duidelijk een psychologische roman. Knap hoe de auteur de gevoelens en gedachten van Lea en Fien weergeeft.
De gedachten van Lea worden weergegeven in de vorm van brieven aan haar overleden tante Dora. Daardoor kom je als lezer meer te weten over haar, maar een gedeelte blijft verborgen. Er wordt maar een klein tipje van de sluiter opgelicht wat betreft haar jeugd en ze heeft het over ‘de baby’s die dood zijn’. Dat noemt ze ook als Fien bij haar in het ziekenhuis is. Het blijkt om hondjes te gaan maar dat wordt Fien niet verteld. Ik had verwacht dat Lea later alles aan Fien zou vertellen. Misschien heeft ze dat gedaan maar dat staat niet beschreven.
Een boeiende roman.
Geef een reactie