Bij de Hema ontmoet Julie Jurre, een boomlange man boordevol tattoos. Hij maakt botte opmerkingen, maar ze vindt hem leuk. Hij daagt haar uit om een keer te discussiëren over het geloof; dit naar aanleiding van het geloof-hoop-en-liefde hangertje dat Julie draagt. Julie is helemaal overrompeld.
Julie geeft bijles op een middelbare school. Ze maakt twee leerlingen wijs dat ze iets heeft met de drummer van de JWG band. De meisjes zijn helemaal lyrisch en vragen of hij haar een keer op kan halen van school. Hoewel Julie het niet goed durft, trekt ze de stoute schoenen aan en sms't Jurre. Hij gaat op haar verzoek in en komt haar halen. Dat is het begin van een nadere kennismaking tussen hen. Ondanks het feit dat hij overtuigd atheïst is, kan Julie het niet laten om hem te zoenen. Jurre laat blijken dat hij haar ook leuk vindt. Hij wil meer dan zoenen en vindt het maar niets dat Julie vanwege haar christelijke standpunt niet met hem naar bed wil.
Dit is een vlotlezend, humoristisch boekje. De christelijke standpunten komen duidelijk aan de orde. Omdat het in de ik-vorm is geschreven, leef je helemaal met Julie mee. De titel vind ik niet helemaal bij het boek passen omdat de prinsessentaart hoofdzakelijk in hoofdstuk 20 voorkomt en de wel-of-geen-relatie met Jurre de hoofdmoot vormt van dit boek. Deze auteur kende ik nog niet maar ik zie nu al uit naar haar volgende roman. Jammer dat er nogal wat taalfouten in voorkomen.
Geef een reactie